Logeren…
Omdat ons huis onbewoonbaar is, voor iedereen behalve Marijn, die heel stoer onder primitieve omstandigheden het fort bewaakt, logeren Spikkel en ik in Druten bij mijn ouders.
Ons huis wordt verbouwd, klaar gemaakt om geschikt te zijn om te bewonen ook met voortschrijdende achteruitgang.
Mijn ouders wonen nog steeds in de dienstwoning naast de niet meer actieve steenfabriek waar mijn vader vroeger baas was, in de uiterwaarden van de Waal.
Naast dat ik er heel erg goed verzorgd word en weer een beetje tot rust kom zijn er hier ook leuke nieuwe wandelmogelijkheden voor Spikkel en mij.
Als ik de deur uitloop kom ik in een weiland terecht waar in plaats van koeien, rotganzen wonen en aan het eind van het weiland is de Waal waar je heerlijk, nu het water weer lager wordt, over het strandje langs de Waal kunt wandelen.
De andere kant op, richting het dorp, ligt onder aan de dijk een prachtig bosje van het Gelders Landschap waar je ook een hele leuke ronde kunt lopen.
Om er te komen loop ik bij mijn ouders het straatje uit richting de dijk, daar kom ik altijd een paard tegen, als voormalig paardenmeisje kan ik er natuurlijk niet zonder even aaien en knuffelen aan voorbij gaan.
Het paard echter staat achter schrikdraad, hij weet dat, dus dat is geen probleem maar Spikkel weet dat niet en heeft zijn neus geëlektrocuteerd en vanaf toen associeert hij het paard met au en loopt niet meer voorbij het huis van de buurman.
Ach, andere loopmogelijkheden genoeg dacht ik, dus mijn wandelingen gingen door de wei langs het strand met zo nu en dan een sprintje van de Spikkel achter de ganzen aan.
Tot laatst Spikkel wel heel enthousiast en vrolijk werd van alle luchtjes in de weide, naast heftig snuffelen werd er ook flink gerollebold blij als een lammetje in de wei ook ik werd er vrolijk van tot ik de kleur zag die de hond had gekregen om van de geur maar niet te spreken.
Boer Henk had onopgemerkt de gehele inhoud van zijn giertank over het land uitgesproeid
De inmiddels geel met bruine hond heb ik in de tuin ‘gedoucht onder de tuinslang hij is wel weer schoon geworden maar de landelijke lucht kleeft aan je handen elke keer als je hem aait. Als, uit de klei getrokken Groningse kan ik de boerenstink wel waarderen, het is alsof ik elke keer een beetje jeugd op snuif en Spikkel is nu een hond met een boerenzakdoek en boerenlucht.
Ondanks alles vond ik de het hele douche gedoe niet echt voor herhaling vatbaar en aangezien de boer vandaag de rest van de koeienpoep over het land had verspreid vond ik dat ik toch maar moest uitwijken naar iets frisser wandelgebied.
Dus…… Spikkel in de auto, 50 meter rijden voorbij het paard en het schrikdraad, de auto in de berm geparkeerd, hond eruit en de dijk opgelopen om zo het geweldig leuke bosje van het Gelders Landschap met een bezoek te kunnen vereren.
Plaats een Reactie
Meepraten?Draag gerust bij!